Probleem van de week
door

Wit geeft mat in elf (B.Fargette, Dt Schachblatter, 1975)

probleem018

Een heuse 11-zetter van de Fransman Fargette. Was zwart maar aan zet, dan was het simpel nietwaar? Misschien brengt deze hint je op het juiste spoor. Gebruik bij het oplossen een schaakbord: het is lastig om meerzetters alleen met een diagram op te lossen.

Het is in principe de bedoeling dat schaakstellingen volledig met je ‘geestesoog’ worden opgelost, dus niet door op het bord al wat zetten te spelen die goed lijken. Maar ook ik zondig wel eens tegen deze regel, omdat we nu eenmaal niet allemaal Anand heten.

Hoe kan je als wit met loper tegen loper een tempo verliezen? Dat is de cruciale vraag in deze stelling. Je moet proberen de stelling opnieuw op het bord te krijgen met zwart aan zet, dan is het snel mat.

Oplossing:

1. Le4,Lg8 (of La2 of Lf7) (op bijv. Lf1 volgt Ld3!); 2. Lf3 (dreigt Le2,Lc4 gevolgd door Ld3 en zwart is in tempodwang),Lc4; 3. Lh5,Lf1 (anders volgt Le2); 4.Lf7,Lc4; 5.Le6,Lf1; 6.Ld5,Lc4; 7.Lf3,La2 (of Lf7 of Lg8) (Na Lf1 volgt Le4); 8. Le2,Lc4; 9. Ld3 en we hebben ons doel bereikt. Dezelfde stelling als de uitgangspositie met ditmaal zwart aan zet. 9. …,Lxd3; 10. cxd3,P…; 11.Pxc7.

Reactie achterlaten